Japanse eerste minister zegt dat we "kunnen leren van Nintendo"
Net zoals bij aandelen moet elk land proberen om elk jaar zijn groei verder te zetten, om zo tegemoet te kunnen komen aan de stijgende kosten en ook om eventueel afkalvende industrieën te kunnen vervangen met andere, modernere toepassingen. Ook in Japan is men steeds op zoek naar nieuwe manieren om te kunnen groeien en de eerste minister kreeg dan ook de vraag over wat zijn strategie was. Zijn antwoord was om naar Nintendo te verwijzen.
"Er is een bedrijf genaamd Nintendo. Dat bedrijf maakte hanafuda-kaarten, maar stap voor stap speelden steeds minder mensen hanafuda. Dat bedrijf maakte die kaarten, maar ik denk dat je hanafuda niet kan beschermen door enkel hanafuda-kaarten blijven maken, maar tegelijkertijd houdt het wel de traditionele hanafudakaarten in stand. Ik denk dat dat iets is waar we wel wat van kunnen leren", zegt Shinzo Abe. Daarmee suggereert hij dat Japan niet enkel moet vasthouden aan oude zaken, maar ook tegelijkertijd met nieuwe zaken bezig moet zijn, maar dat het wel zijn oorsprong niet mag verloochenen en uit het oog verliezen, net zoals Nintendo ook van kaarten overgestapt is naar games en tegelijkertijd zijn kaartenbranche niet heeft weggesmeten.